15 november 2010
De politieorganisatie heeft een vernietigend rapport over de centrale database BVH in een bureaulade gelegd. De verantwoordelijke korpsbeheerders hebben het rapport nooit te zien gekregen. Dat zei Henri Lenferink, korpsbeheerder van het korps Hollands Midden en burgemeester van Leiden, afgelopen zaterdag in EenVandaag, De hoofdcommissarissen moeten volgens Lenferink van het rapport hebben geweten. Ondanks het negatieve rapport ging het project gewoon door. De gekozen software en IT-architectuur was volgens het rapport van erg lage kwaliteit en slecht te onderhouden. Het zou leiden tot toename van de administratieve rompslomp. Een woordvoerder van de Raad van Hoofdcommissarissen heeft gezegd dat de hoofdcommissarissen van het rapport op de hoogte waren. Opstelten bekijkt samen met de korpsbeheerders of BVH moet worden vervangen. Diverse politici, onder wie VVD-politica Jeanine Hennis-Plasschaert, hebben de minister opgeroepen om het systeem niet te gebruiken. De Basisvoorziening Handhaving (BVH) is sinds eind 2009 bij alle 26 politiekorpsen in gebruik voor het melden van incidenten en het maken van processen-verbaal en persoonsdossiers.
Vanaf 2005 werd het BVH-project voorbereid en begin dit jaar volgde de oplevering. Al tijdens de invoering kwamen er veel problemen aan het licht. BVH is een uitgebreide database waarin de politie alle bekeuringen, processen verbaal, observaties en andere handelingen van agenten worden ingevoerd. Het vervangt de bestaande systemen X-Pol, BPS en Genesis. De politiebonden klaagden vorig jaar al dat het systeem, dat is ontwikkeld door de ondersteunende dienst voorziening tot samenwerking Politie Nederland (vtsPN), geen verbetering was. Agenten klagen dat handelingen als het invullen van een formulier nu drie keer langer duren. Een onderzoeksrapport uit 2008 dat in handen kwam van actualiteitenprogramma EenVandaag geeft een heldere inkijk in het politiesysteem BVH vanuit de optiek van de softwarebroncode en documentatie. Op basis van een objectieve methodiek wordt een uitdrukkelijk kritisch oordeel geveld, dat op z’n minst tot heroverwegingen van de architectuur en implementatie van het systeem hadden moeten leiden. De opvolgende alsnog voortgezette invoering en beproeving van een als ‘wankel en kwetsbaar’ beoordeeld systeem in de praktijk is feitelijk vragen om problemen. De architectuur van het systeem is niet helder beschreven. Het ontbreken van een goede architectuur wordt meermaals als manco gesignaleerd. Gegeven de complexiteit van het BVH systeem, dat bestaat uit een samenhangend geheel van meer dan tien onderliggende onderdelen met meer dan zestien externe koppelingen, is dit gewoon vragen om moeilijkheden. Het rapport detailleert de kwaliteit van deze verschillende onderdelen. Deze worden als matig beoordeeld. Het systeem wordt gebouwd rondom de bestaande legacy Xpol. Xpol is een karaktergeoriënteerde applicatie die gebouwd is in de verouderde 4GL taal Accell. Het hergebruiken van deze applicatie door toepassing van legacy integratie door screen-scraping technologie is een prima mechanisme voor interim situaties. Echter lange termijn gebruik op basis van niet als geheel solide bekend staande integratietechnologie is geen goed idee. De data binnen het systeem worden ondergebracht in één database, te weten de centrale database van het legacy Xpol systeem. Andere onderdelen maken ook gebruik van dezelfde database door rechtstreeks hierop te lezen en te schrijven. Integriteit wordt op diverse manieren bewaakt, onder andere in de Xpol applicatie zelf, maar ook door decentrale validatieregels in de verschillende softwareonderdelen. Een dergelijk gedistribueerde integriteitcontrole, waarbij de validiteit en integriteit van de data afhankelijk is van het functioneren van allerlei satelliet componenten, is geen good practise en leidt veelal tot enorme onduidelijkheid, complexiteit, of erger… gegevensverlies of corruptie. Het rapport spreekt ook over het onvoldoende testen op allerlei punten in het ontwikkeltraject waar je normaliter testmomenten zou verwachten. En, last but not least, het rapport spreekt over een complexe en onvoldoende herhaalbare uitrol. Systemen uitrollen welke inhaken op het primaire bedrijfsproces vergen een gedocumenteerde, minutieus geplande, doorgeteste en beproefde uitrol. Normaliter voer je geen nieuwe software in zonder aan deze voorwaarde te voldoen. Het rapport tipt aan dat het beoogde hardwarepark op z’n minst enige zorg behoeft. Het lijkt er dus alleszins op dat basale zaken niet in orde waren. Opmerkelijk is dat dit rapport aan de vooravond van de landelijke uitrol beschikbaar was, maar dat het niet heeft geleid tot de significant benodigde herziening of verbetering. Het lijkt er op dat het systeem gedoemd was te mislukken. Dat het rapport in de bureaula verdwijnt is onvergeeflijk en dient tot het onmiddellijke ontslag van de verantwoordelijken (d.w.z. de hoofdcommissarissen) te leiden. Het op deze manier plegen van obstructie kan wat mij betreft niet tot een andere conclusie leiden.